Bij het aansluiten van radiatoren kunnen talloze fouten gemaakt worden die negatieve gevolgen hebben voor de efficiëntie waarmee uw woning wordt opgewarmd. Een kleine lekkage door een verkeerd aangesloten koppeling zorgt ervoor dat er geen sprake is van aan gesloten systeem waarin het hete water vanaf de cv-ketel aan- en afgevoerd wordt. Het dan ook van het allergrootste belang dat fouten bij radiatoren aansluiten voorkomen worden. De loodgieter deelt in dit bericht enkele mogelijke fouten waar u op moet letten bij de aansluiting.
Verkeerde positionering van radiatoren
Een fout die veel gemaakt wordt bij radiatoren aansluiten is een verkeerde positionering aan de wand. Om een optimale verspreiding van de warmte te verwezenlijken is een goede luchtcirculatie nodig. De positionering van de radiator is daarom heel belangrijk. Warme lucht moet ook onder en achter langs de radiatoren kunnen bewegen. Houd daarom minimaal 10 cm tussen de grond en 5 cm tussen de wand en de radiator.
Gebruik van oude en vieze knelfittingen
Indien u na een verbouwing de radiatoren op een andere plek in uw woning wilt aansluiten, dan is het beste dat u nieuwe knelfittingen koopt voor de aansluiting van de leidingen. Als u de oude knelfittingen wilt gebruiken, maak deze dan eerst goed schoon. Viezigheid in de fitting kan er namelijk voor zorgen dat er geen waterdichte afsluiting is en hierdoor een lekkage ontstaat.
Niet ontluchten en bijvullen na aansluiten
Na radiatoren aansluiten moet u nog twee werkzaamheden verrichten om een optimale efficiëntie van het verwarmingssysteem te verwezenlijken. Een grote fout die sommige mensen maken is dat zij de radiatoren na het aansluiten niet ontluchten. Ook wordt vaak vergeten om het verwarmingssysteem bij te vullen als de waterdruk te laag is. Is het bijvullen noodzakelijk, dan is het ontluchten van de radiatoren ook opnieuw noodzakelijk.